Sluipverkeer in Schenkel

Verkeersprobleem Kralingseweg

Het verkeer op de Kralingseweg tussen Schenkelse Dreef en Pr. Alexanderlaan staat vaak vast. De gemeente werkt aan een plan om de doorstroming op het kruispunt Kralingseweg / Pr.Alexanderlaan te verbeteren. Bijvoorbeeld door een extra rijstrook op de Kralingseweg.

In plaats van alleen te kijken naar betere doorstroming, kan het ook de moeite waard zijn om te onderzoeken of het verkeersaanbod verminderd kan worden.

Sluipverkeer op de Kralingseweg

De Kralingseweg is bedoeld als ontsluitingsweg voor de wijk Schenkel. Dat betekent dat deze weg er is voor verkeer van/naar (1) Florabuurt / Molenbuurt, (2) Bermweg / Bloemenbuurt en (3) Haagwinde / Akkerwinde. Zie onderstaande kaart. Doorgaand verkeer, zoals aangegeven met (4), zou gebruik moeten maken van doorgaande wegen, zoals Rijckevorselweg / Capelseplein / Pr.Alexanderlaan. Als dit doorgaande verkeer gebruikmaakt van de Kralingseweg (via route 5) is dit sluipverkeer.

Omdat er in het Programma Mobiliteit 2020 - 2030 (blz. 19) van de gemeente Capelle aan den IJssel staat In 2030 is daarna ook de ambitie om de bereikbaarheid en doorstroming op een hoog niveau te hebben en te houden. Geen sluipverkeer op de bestaande infrastructuur is het dus tijd om het sluipverkeer op de Kralingseweg te weren.

De meest simpele methode om sluipverkeer op de route Schenkelse Dreef / Kralingseweg te weren, is door (tijdens de spits) linksaf slaan op de Schenkelse Dreef (naar de Kralingseweg) te verbieden. In de bestaande situatie kan dat niet zo maar, omdat de route Schenkelse Dreef / Kralingseweg / Haagwinde ook gebruikt wordt voor wijk-eigen verkeer.

Wat is sluipverkeer?

Een eerdere versie van deze tekst is via de wijkregisseur naar de gemeente gestuurd. Het antwoord daarop was:
  1. De Kralingseweg is een gebiedsonsluitingsweg
  2. De Schenkelse Dreef is een gebiedsonsluitingsweg
  3. Gebiedsontsluitingswegen zijn deel van het Capelse hoofdwegennet
  4. Hierdoor is "route 5" een doorgaande route
  5. Op een doorgaande route kan je geen beperkingen instellen
Ofwel: gebiedsonsluitingsweg + gebiedsonsluitingsweg = doorgaande route

Terwijl een logischer redenering is:

  1. De Kralingseweg is een gebiedsonsluitingsweg
  2. De Schenkelse Dreef is een gebiedsonsluitingsweg
  3. Gebiedsontsluitingswegen zijn er ten behoeve van "het te ontsluiten gebied"
  4. Verkeer dat een gebiedsonsluitingsweg gebruikt zonder iets binnen dat gebied te doen is "wijkvreemd verkeer"
  5. "wijkvreemd verkeer" moet geweerd worden.
Ofwel: gebiedsonsluitingsweg + gebiedsonsluitingsweg = sluipverkeer

Stap 1: "Meten is weten"

Om een goed beeld te krijgen van het (sluip)verkeer op de Schenkelse Dreef / Kralingeweg, is het goed een tijd verkeersmetingen te doen. Door op de plaatsen A, B, C en D het verkeer te meten met verkeerscamera's met kentekenherkenning, kan echte informatie worden verzameld over:
  1. aantal auto's die de Schenkelse Dreef als toegangsweg naar Schenkel gebruiken
  2. aantal auto's die de Schenkelse Dreef als sluiproute gebruiken (route 5)
  3. aantal auto's die de doorgaande route (route 4) rijden
  4. reistijden voor de verschillende routes op verschillende tijdstippen op de dag

Versie 1: Verkeersmeting en nudgen met een DRIP

In plaats van linksaf slaan van Schenkelse Dreef naar Kralingseweg te verbieden, krijgt de automobist informatie over routes 4 en 5.

Tijdens de avondspits is het op de Rijckevorselweg ter hoogte van de Schenkelse Dreef vaak druk. Als automobilisten hier de keus hebben tussen route 4 (waar ze autos stil zien staan) en route 5 (waar ze een lege weg zien) zullen ze wellicht route 5 kiezen. Omdat ze denken dat route 5 sneller is. Het is de vraag of dat zo is.
Op route 4 moet de automobilist langs de rotonde en langs het stoplicht van de sGravenweg. Daarna moet de metrobaan gekruist (via een overgang die niet gehinderd wordt door een naastgelegen zeer problematisch stoplicht) en bij de Kralingseweg kan deze richting veel groen krijgen (omdat de slagbomen toch dicht zijn).
Op route 5 moet de automobilist langs het stoplicht van de sGravenweg, langs "het kruispunt" en daarna aansluiten bij de file op de Kralingseweg. Die moeizaam oplost (omdat de slagbomen dicht zijn). Het is goed mogelijk dat deze route (route 5) meer tijd kost dan route 4. Alleen weet de automobilist dat niet.

Met behulp van een verkeersmeetsysteem kan gedetecteerd worden hoe lang autos erover doen op route 4. Gemeten vanaf wegrijden bij kruising Rijckevorselweg / Schenkelse Dreef tot het voorbijrijden van het kruispunt Pr.Alexanderlaan / Kralingseweg in noordelijke richting. Op dezelfde manier kan verkeer op route 5 gemeten.

Deze rijtijden kunnen op een DRIP (Dynamisch Route Informatie Paneel) vertoond worden. Mischien doen de automobilisten dan automatisch wat wij willen dat ze doen.

Versie 2: "wijk-eigen verkeer eerst"

Als de Haagwinde een 2e inrit heeft, wordt het weren van sluipverkeer eenvoudiger. Omdat de Schenkelse Dreef bij het stoplicht nu 4 rijstroken heeft, kan de functie van gebiedsontsluitingsweg beter worden waargemaakt. Er zijn 3 rijstroken voor het wijk-eigen verkeer, en 1 aparte rijstrook voor het sluipverkeer (Rijckevorselweg, Schenkelse Dreef, Kralingseweg, Pr.Alexanderlaan).

De Kralingseweg richting Pr.Alexanderweg verwerkt verkeer uit 4 richtingen. 3 richtingen (Florabuurt, Bemweg, Haagwinde) zijn wijk-eigen verkeer waarvoor deze gebiedsontsluitingsweg bedoeld is. De 4e richting is sluipverkeer vanaf de Schenkelse Dreef.

De verkeersinstallatie kan met detectielussen constateren hoeveel verkeer er voor een stoplicht staat te wachten. De regeling kan nu zo zijn, dat als er verkeer vanuit een wijk-eigen richting de Kralingseweg op wil rijden, dit voorrang krijgt boven het sluipverkeer dat staat te wachten ("wijk-eigen eerst"). Zodra er zoveel sluipverkeer staat te wachten, dat verkeer vanaf de Schenkelse Dreef de linksaf baan naar de 2e inrit niet meer kan bereiken, krijgt het sluipverkeer uiteraard groen licht (ondat we de functie van gebiedsontsluitingsweg niet willen frustreren).

Ook binnen de wijk-eigen richtingen kunnen er prioriteiten worden bepaald. Als de rechtsaf-baan vanuit de Florabuurt zo vol staat, dat de rechtdoor-baan wordt geblokkeerd, zou de verkeersregeling deze rechtsaf-baan voorrang moeten geven, boven ander verkeer dat de Kralingseweg op wil rijden.

Versie 1 + 2: "wijk-eigen verkeer eerst" en nudgen met een DRIP

Door de wijk-eigen richtingen prioriteit te geven (zonder het sluipverkeer te verbieden) wordt de rijtijd via de sluiproute hopelijk ongunstiger dan de de rijtijd via de doorgaande ruimte. Door dit op de DRIP te laten zien, zal mogelijk de hoeveelheid sluipverkeer afnemen.

Versie 3: Verbieden van sluipverkeer op de Kralingseweg

Als de Haagwinde een 2e inrit heeft, wordt het weren van sluipverkeer eenvoudig: tijdens de spits is linksaf slaan van de Schenkelse Dreef naar de Kralingseweg verboden. De 2e inrit zorgt ervoor het wijk-eigen verkeer naar de Haagwinde niet gehinderd wordt.

Om te zorgen dat een automobilist weet dat het verbod geldt, moet er op het kruispunt Rijckevorselweg / Schenkelse Dreef een DRIP staan om dit aan te geven.

Om slimme sluipverkeerders te weren, moet er een oplossing komen voor gedrag als in afbeelding 3. Dit kan door de 2e inrit (tijdens de spits?) alleen voor vergunningfhouders te maken (net als bij de 2e wijkontsluiting voor de Florabuurt). Niet-vergunninghouders moeten gebruik maken van de bestaande inrit.

Versie 4: Verbieden van sluipverkeer op de Kralingseweg (Capelse methode)

Als de Haagwinde geen 2e inrit heeft, wordt het weren van sluipverkeer ingewikkelder.

Er wordt een verbodsbord met onderbord geplaatst op plek B. Het onderbord geeft aan dat het verbod niet geldt voor vergunninghouders.

In plaats van één camera (bij dit bord) die de auto’s controleert die het bord passeren, worden er 4 camera’s (1, 2, 3 en 4) geplaatst op de plaatsen zoals aangegeven op onderstaande kaart. Iedere camera registreert de nummerborden van alle passerende auto’s. Een centraal computersysteem verzamelt de foto’s en onderzoekt of er sprake is van sluipverkeer.

Er is sprake van sluipverkeer als
  1. Camera 1 detecteert dat een auto de Schenkelse Dreef binnenrijdt, EN
  2. Camera 2 detecteert dat deze auto linksaf de Kralingseweg oprijdt, EN
  3. Camera 3 detecteert dat deze niet de Haagwinde inrijdt (d.w.z. lokaal verkeer is), maar over de Kralingseweg blijft rijden, EN
  4. Camera 4 detecteert dat deze auto niet de P&R plaats inrijdt (ook lokaal verkeer), maar over de Kralingseweg blijft rijden.
De regeling m.b.t. ontheffingen is
  1. Iedere auto die langs het verbodsbord rijdt krijgt automatisch, voor deze rit een ontheffing,
  2. Als uit de camera registraties blijkt dat een rit sluipverkeer is (d.w.z .dat de auto "route 5" gereden heeft), vervalt de in lid 1 genoemde ontheffing. En dus geldt het passeren van het bord als een verkeersovertreding, die door het CJIB beboet wordt.

Diversen

Tegengaan van sluipverkeer

Sluipverkeer kan worden tegengegaan door het plaatsen van een verbodsbord
met daaronder de vermelding dat dit geldt voor bepaalde dagen / tijden, en niet voor ontheffinghouders. Bij het verbodsbord (d.w.z. op één plaats) wordt een camera geinstalleerd die controleert of passerende auto’s een ontheffing hebben.

Volgens art. 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens kan de gemeente bepalen hoe deze ontheffingen worden geregeld (ref.[1]). Bijvoorbeeld de gemeente Vijfheerenlanden heeft zo’n regeling om sluipverkeer tegen te gaan (ref [2]): "Beleidsregels van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Vijfheerenlanden houdende regels omtrent het verlenen van ontheffingen ingevolge artikel 87 RVV; Beleidsregels ontheffingen geslotenverklaringen tussen Vianen en Lexmond.

Bij zulke bepalingen is het gebruikelijk dat bewoners, bezoekers en andere belanghebbenden bij de gemeente een ontheffing kunnen aanvragen. En dat de gemeente de kentekens behorende bij deze ontheffingen registreert.

Omdat we de Kralingseweg beschikbaar willen houden voor verkeer in heel Schenkel, en alleen specifiek het verkeer op één sluiproute ("route 5") willen weren, is het te omslachtig om ontheffingen te verlenen op basis van adressen. Daarom is voor de Kralingseweg een andere methode handiger: de "Capelse methode".

Referenties

Artikel 87 Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990)

https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2023-492136.pdf

Wat is een gebied (in het kader van gebiedsonsluitingsweg)?

In de plannen voor de Florabuurt wordt een 2e wijkontsluitng onwenselijk genoemd omdat 2 wijkontsluitingen "wijkvreemd verkeer" (ofwel sluipverkeer) genereren. Als het "gebied dat ontsloten wordt" alleen de Florabuurt is, geeft dit het linker plaatje.

Als de gebiedsontsluitingwegen (zoals Kralingseweg en Schenkelse Dreef) ook bedoeld zijn voor Haagwinde/Akkerwinde en Bloemenbuurt, moet het gebied getekend worden zoals in het rechter plaatje. Dan is de route "Schenkelse Dreef + Kralingseweg" dus ook "wijkvreemd verkeer", ofwel sluipverkeer.

Of is deze (doorgaande !?) route misschien een "gebiedsontsluitngsweg" voor Prinsenland? Die in de toekomst een grote "autonome groei" van verkeer gaat geven? Waar het verkeersbeleid van Capelle aan den IJssel geen invloed op heeft?